Cookies

Kan praten ook kwaad? De contraproductieve effecten van psychotherapie

rubbelaar1
behoefte aan geestelijke zorg?

‘We weten niet precies hoe vaak psychotherapie eindigt in een echec. Het onderzoek dat er is, stelt allesbehalve gerust. Engelse wetenschappers legden een paar jaar geleden aan 15.000 patiënten deze vraag voor: heeft u blijvend nadelige gevolgen aan uw psychotherapie overgehouden? Zo’n 5% antwoordde met ja. Geen percentage om laconiek over te doen. Praten kan wél kwaad. Dan gaat het om patiënten die over hun toeren raken, breken met familieleden, psychotisch worden, of een suïcidepoging ondernemen.’ https://www.nrc.nl/nieuws/2018/02/09/praten-kan-wel-kwaad-a1591670
Harald Merkelbach, forensisch psycholoog aan de universiteit veegt de vloer aan met het gemak waarmee we de iatrogene effecten van de geestelijke gezondheidszorg negeren. Opmerkelijk is uiteraard dat hij als een van de voorbeelden noemt het breken met familieleden. Toevallig (nou ja) heb ik daar enige ervaring mee. Ik heb momenteel een klacht lopen tegen de GGZ-instelling Pro Persona wegens poging tot het ophitsen van een kind tegen zijn vader. Het is onvoorstelbaar hoeveel moeite deze instelling doet om hun aanvankelijke instemmen met de klacht nu (zonder daar verantwoording voor te nemen), na formeel maken van de klacht, te verbergen achter onwaarheden en gebrek aan introspectie. Extra vervelend is bovendien dat de voorzitster van de klachtencommissie die mijn klacht tegen enkele vrouwelijke medewerkers moet behandelen een actief en gecommitteerd lid is van Soroptimist International die als belangrijkste doelstelling het opkomen voor de rechten en belangen van vrouwen heeft.
Ik vrees dat ik weer eens op het topje van een ijsberg ben gestrand. Hoeveel kinderen die bezig zijn zich aan ouderverstotingssyndroom te ontworstelen worden door dit soort instellingen weer gereset in de quasi-veilige status van de gijzeling door hun moeder (vader).
Pro Persona, een hele grote in GGZ-land, die zich op zijn site profileert met de stelling dat ze werken met de nieuwste wetenschappelijke inzichten had ‘uiteraard’ nog nooit van ouderverstotingssyndroom gehoord. Op dat punt zijn ze nu wel om, ze gaan een lezing organiseren om zich op dit punt bij te scholen.
Vanochtend besprak ik met een advocaat hoe vaak het begrip ouderverstotings(syndroom) nu voorkomt in de jurisprudentie . In de gepubliceerde jurisprudentie nu in 42 zaken begreep ik. Aangezien minder dan 2% van die zaken openbaar zijn moet je dit aantal vermenigvuldigen met 50; 2000 dus. Die vermaledijde rechters zouden dus wel eens veel verder kunnen zijn met het erkennen van een psychiatrisch fenomeen dan de gemiddelde GGZ-instelling. Of Merkelbach op de hoogte is van het syndroom weet ik niet. Hij zou het van zijn directe Maastrichtse collega (misschien wel zijn baas) hoogleraar forensische psychologie Corine de Ruiter kunnen hebben gehoord.  Die denkt dat ze er wel iets van af weet immers. Maar onder andere daarover vindt volgende week een klachtbehandeling plaats van Ivo Vrijkotte tegen Corine bij de klachtencommissie wetenschappelijke integriteit van de Universiteit Maastricht. Ik ondersteun, zoals bekend zal zijn, die klacht en zal er dan ook volgende week bij zijn. Ik hoop hier voor die tijd nog een apart blog aan te wijden.
over Soroptimisten
De klacht tegen Corine de Ruiter (updates volgen)
Waarom systeemtherapie niet werkt bij ouderverstoting
William Bernet citeert:
“Qualitative case studies and experienced clinicians supporting recommendations and/or orders to reverse custody maintain that therapy simply does not work in severe and even in some moderate alienation cases. Moreover, therapy may even make matters worse; the alienated child and preferred parent feel the need to dig in their heels and prove their point, thereby further entrenching their distorted views. … Clearly, and most regrettably, this is the experience of many seasoned clinicians, including the authors. The reality is that we have many more treatment failures than successes when it comes to our intervention with some moderate and all severe cases.” (Fidler et al., 2008, pages 271-272)