De vorige blog van mij is heftig besproken. Niet alleen met commentaar ter plekke maar ook via mail en telefoon.
Er werd mij gevraagd of ik niet teveel een persoonlijke vete maak van mijn kritiek op Dhr Spruijt. Verder dat ik best zelf zou weten dat ik ongelijk heb. En of ik mijn kwaadheid misschien ergens anders op zou moeten richten (wie dient zich aan?). De laatste 2 in een reactie van een collega van Ed Spruijt; Inge van der Valk. Deze reactie en mijn antwoord daarop kunt u in de blog hieronder nalezen.
Omdat in de veelheid van reacties de kern van de zaak misschien wat onduidelijk wordt even een samenvatting. Ik bekritiseer Ed Spruijt wegens ongeoorloofde belangenverstrengeling en inhoudelijke fouten in zijn werk. Verder heb ik een goed onderbouwde andere opvatting over de waarde van gelijkwaardig ouderschap.
Inge v.d. Valk, een directe collega van Spruijt reageert met de impliciet beschuldigende vraag: “is het uw bedoeling tegenstellingen te creeren die er niet zijn? Is het uw intentie haat te zaaien waar dit niet nodig is? Doet u daarnaast bewust totaal ongefundeerde uitspraken, waarmee u een verkeerde toon zet? “. Bewust….nogal een forse beschuldiging. Ik reageer met een verwijzing naar mijn onderbouwing en een uitnodiging tot nader overleg (communicatie; Spruijt heeft het over niets anders). Voor de zekerheid stuur ik daarover ook nog een persoonlijke mail naar Inge. De reactie daarop is dat ze het niveau van de discuss
ie onder de maat vind. Verder nog steeds geen onderbouwing van haar beweringen over mij.
Wat verder opvalt in de reacties van haar is haar “begrip” voor de kwade gevoelens. Dat begrip klinkt heel aardig. Maar wat ís dat nu in verhouding met haar weigering om zich ter discussie te stellen? Misschien wel een manier om iemand verder niet serieus te hoeven nemen. We worden als baby’s weggezet; gepamperd. Verzorgd, maar ermee praten, ho maar. Er zijn overeenkomsten met moederlijke opvoedingsstijlen. Hoeveel moeders heb ik in mijn leven al horen beweren dat ze hun man zien als de laatste in hun rijtje kinderen. Een man zelf, een vader met ballen zou zeggen; we hebben een conflict laat het ons op een integere manier uitvechten. Beantwoord een schot in de roos met een ander prachtig schot in de roos. Een en ander doet me het ergste vrezen voor de conflicthanteringscursussen die Spruijt nu aan de man probeert te brengen.
Dat pampergedrag met per saldo een weigering om te communiceren over de inhoud zelf is ook herkenbaar bij andere publiek opererende vrouwen. Op mijn blog hebben we Anja Meulenbelt en Ann Meskens al voorbij zien komen als voorbeelden van dat gedrag.
Hoewel het me niet gaat om een persoonlijke vete tegen Spruijt heb ik er al jaren geen moeite mee om Spruijt in het middelpunt te zetten van mijn kritiek op de bedrijfstak familierecht. Want hij ís dat middelpunt, hij wil het zijn en hij profileert zich zo. Kinderbeschermingsdirecteuren, ministers van justitie, kamerleden, ze komen en gaan, maar Spruijt blijft bestaan. Hij is de wetenschappelijke schijnverantwoording van wanbeleid.
Om mijn beginpunt nog een keer extra duidelijk te maken, die belangenverstrengeling, doe ik hiernaast nog een scan van blz 5 van het Verdeelde kind met daarin de opdrachtstelling aan Spruijt en de samenstelling van de begeleidingscommissie. Wie in dit verhaal de titel kop van jut krijgt mag u bedenken.
Met een vriendelijke groet van uw vertoornde blogger.
naschrift: Overigens heb ik me niet specifiek verdiept in het onderzoek van Inge zelf. Dat kan heel goed onderzoek zijn. Net als er ook onderzoek van Spruijt kan zijn dat wel deugt. Dat wil ik graag in het midden laten. Inge doet voorzover ik weet onder andere onderzoek naar het KIES-project en naar ouderverstoting. Verder is het een goede zaak dat Inge in haar reactie erkent dat gelijkwaardig ouderschap de beste oplossing is als ouders het maar goed met elkaar kunnen vinden. Een van de belangrijkste bedoelingen van gelijkwaardig ouderschap is nu juist dat ouders het daardoor beter met elkaar zullen kunnen vinden. Verder is het reageren op mijn weblog wel een moedige daad an sich. Niets van je laten horen, zoals Spruijt zelf is nog een stuk beroerder. Een aspect van de complexe situatie is dat Spruijt in zijn boeken wel aan mijn publicaties refereert. Ik vraag me daardoor vaak af of ik niet toch wat aardiger terug moet doen. En kom dan tot de conclusie; nee. Ik ga niet voor halve oplossingen. Ik maak het me moeilijk, maar ik doe het niet.
dossier Ed Spruijt op vaderseenzorg.nl