De Pinokkio Factor
Maarten Legêne
Het omgangsrecht in Nederland kenmerkt zich door een zeer hoge Pinokkio Factor. Het is van belang te weten hoe die neus telkens heel lang wordt, zodat je niet voor verrassingen komt te staan en beter in staat bent om de Pinokkio Factor zo laag mogelijk te houden.
Je ex-partner
De Pinokkio Factor neemt bij je ex-partner toe naarmate zij het gevoel heeft dat zij de contrôle verliest. Mensen zijn tot alles in staat zodra hun macht (zelfbeeld) wordt aangetast. Als de kinderen moeten worden gedeeld met een persoon over wie men geen contrôle meer heeft omdat de relatie met hem is beëindigd, worden zelfs die kinderen misbruikt met maar één doel: dagelijks het bewijs verkrijgen dat men nog steeds volledig de omstandigheden van die kinderen, en dus van zichzelf bepaalt. Hoe extremer de situatie, des te groter de behoefte. En hoe groter de behoefte, des te extremer zal men ten bewijze de situatie maken.
Heeft moeder eenmaal uit bovenbeschreven noodzaak besloten dat vader moet worden verbannen uit het leven van zijn kinderen terwijl vader niet vanzelf verdwijnt, dan is de collectie standaardleugens in volgorde van kwaad tot erger:
- De kinderen voelen zich bij hem niet (meer) thuis
- De kinderen willen zelf niet naar hem toe
- Hij voedt de kinderen verkeerd op en dat schaadt hen
- Hij verzorgt de kinderen slecht als ze bij hem zijn
- Hij vloekt / zuipt / spuit / snuift
- Hij slaat de kinderen
- Hij pleegt sexueel misbruik met de kinderen
- Hij pleegt incest met de kinderen
Maar bovenal in feite:
- Hij heeft geen respect voor mij als moeder. En omdat ik uitsluitend nog slechts moeder ben, heeft hij (dus) geen respect voor mij.
Dit waandenkbeeld, voortvloeiend uit de beleving slachtoffer van uitsluitend anderen te zijn en uit de angst daadwerkelijk geen goede moeder te zijn, zal leiden tot uitwassen, indien het beeld van de eigen persoonlijkheid niet middels een geslaagde therapie grondig wordt bijgesteld. Zolang dat niet gebeurt, slepen deze moeders hun kinderen in hun eigen ongeluk met zich mee, terwijl zij zich vastklampen aan het idee hen daar juist voor te behoeden. Ook kiezen deze moeders dikwijls de vlucht naar voren: zij worden steeds extremer in hun houding en handelwijze en roepen daarmee over zich af wat zij in wezen juist trachtten te bestrijden.
De raad voor de kinderbescherming
Gedurende tientallen jaren is binnen deze overheidsorganisatie de kunst om de waarheid geweld aan te doen tot grote hoogten gestegen. Men is daar zo volleerd in geraakt, dat raadsrapporten de schijn wekken volledig te goeder trouw en naar waarheid te zijn geschreven. De Pinokkio Factor is dan ook zeer listig in de rapporten van de raad verwerkt. Dit gebeurt op vier niveau’s:
Het eerste niveau betreft de vraagstelling van het onderzoek. Bij een moeder die de kinderen en hun vader iedere omgang weigert, luidt de vraagstelling niet: “wat is de beste wijze om moeder te dwingen te voldoen aan de wet?” maar: “in welke mate zijn de belangen van de kinderen gediend bij een omgangsregeling met hun vader?”
Het tweede niveau betreft het brutaalweg vermelden van onwaarheden, die men echter zogenaamd ontleent aan derden. “Uit het aangehechte rapport van Jeugdzorg blijkt dat vader regelmatig zijn kinderen bedreigt”. Wie dat aangehechte rapport door leest, stuit echter nergens op dat zogenaamd bewezen feit, maar opnieuw op een Pinokkio Factor die er dat feit van heeft gemaakt.
De raad werkt daarnaast met “informanten” zoals een meester of juffrouw op school. Met grote regelmaat maken wij mee hoe deze informanten worden misbruikt door hun verklaringen te verbasteren en te verdraaien in het raadsrapport. Vaak zijn de informanten ernstig geschokt als zij achteraf terug lezen wat zij volgens de raadsonderzoeker gezegd zouden hebben.
Het derde niveau is de ruimte die moeder in het rapport krijgt versus de veel geringere ruimte die aan vader wordt toebedeeld; niet alleen direct, doch ook indirect. De door moeder geuite diskwalificaties van vader worden namelijk in het rapport diverse malen herhaald, waarbij iedere keer de beschrijvingen zodanig worden aangescherpt dat deze aan het eind van het rapport als stellige feiten worden vermeld. Omgekeerd wordt alles ten nadele van moeder in een vluchtige bijzin achter de komma weggestopt, om daarna niet meer in het rapport terug te keren.
Het vierde niveau is dat van het taalgebruik en de woordkeuze. Als de raad het over moeder heeft, staat er: “Moeder vertelt hoe de kinderen met regelmaat door vader wordt bedreigd”. Heeft de raad het over vader, dan staat er: “vader stelt dat van bedreiging geen sprake is”. Let op: moeder vertelt hoe…. en vader stelt dat. Wie een willekeurig raadsrapport turft op uitingen van dit suggestieve en tendentieuze taalgebruik, treft deze op tientallen plaatsen aan.
De optelsom van alle vier niveau’s
Indien een moeder de relatie tussen haar kinderen en de vader wil belemmeren, dan zal de raad voor de kinderbescherming concluderen dat de ouders niet met elkaar kunnen communiceren, dat om dié reden de kinderen bij moeder dienen te blijven en de omgang met vader zeer beperkt moet blijven of zelfs dient te worden gestaakt. Er dient rust voor de kinderen te worden gecreëerd. De rechter neemt dat oordeel zonder mankeren over.
Stel je eens voor dat iemand frontaal wordt aangereden door een tegenligger die op de verkeerde weghelft zit, en de rechter veroordeelt vervolgens het aangereden slachtoffer “omdat hij zich daar op die weg bevond”. De dader wordt vrijgesproken “omdat bij hem rust achter het stuur moet worden gecreëerd”. Het land zou na zo’n uitspraak te klein zijn en de rechter zou worden afgevoerd naar een psychiatrische inrichting. Toch is dit exact wat stelselmatig gebeurt bij raadsonderzoeken: vader wordt voluit medeverantwoordelijk gesteld voor het feit dat moeder iedere communicatie met hem over de kinderen belemmert. Dat die vader bij de rechter aantoont dat hij van zijn kant alles heeft gedaan om de communicatie met moeder te verbeteren en de slechte verstandhouding tegen te gaan, dat doet er voor die rechter vervolgens niet toe. De rechter volgt domweg “het raadsadvies” in kwestie.
Het kost veel tijd een raadsrapport minutieus te ontleden op de Pinokkio Factor. Wie al goed bekend is met de manier waarop de medewerkers van de raad rapporteren en adviseren, heeft voor een gemiddeld raadsadvies toch nog minimaal een complete werkdag nodig om het volledig van de Pinokkio Factor te ontdoen. In vrijwel alle gevallen blijkt daarna dat het uitgebrachte advies volledig op drijfzand berust, indien dat advies luidt dat de kinderen geen of nauwelijks omgang met de vader mogen hebben. Het is een kunstmatig geconstrueerd advies waarbij de rapportage volledig in dienst heeft gestaan van het aannemelijk maken van een reeds op voorhand bepaald beleid: “wij zullen moeder eens een handje helpen”. Om die reden heet de raad in de volksmond dan ook de raad voor de moederbescherming.
Zo’n raadsrapport wordt bij de raad geschreven in een paar uren, maar het onderuit halen van zelfs een evident onzinnig rapport kost vaak tientallen uren en moeizame klachtprocedures bij de raad zelf (tegen raadsonderzoeker, teamleider of directeur), bij het NIP of NVO (tegen gedragsdeskundigen) en het Medisch Tuchtcollege (tegen psychiaters). “Equality of arms” is daarbij ver te zoeken. Het raadsrapport doet zijn werk tot de ondeugdelijkheid ervan twee jaren later is bewezen en het kwaad dus allang is geschied. Valsheid in geschrifte loont dus bij de raad en wordt alleen door zeer vasthoudende ouders als zodanig ontmaskerd.
Voorkomen is daarom beter dan genezen: zorg er voor vanaf de allereerste dag alle betrokken raadsmedewerkers bij de les te houden. Ontvang je desondanks uiteindelijk een concept-raadsadvies dat wemelt van feitelijke onjuistheden terwijl relevante informatie nu juist ontbreekt, schroom dan niet de staat direct aansprakelijk te stellen voor alle schade die mogelijk het gevolg zal zijn en geef bij het OM de betrokken raadsonderzoekers aan wegens valsheid in geschrifte en misleiding van de rechterlijke macht. Die aangiften leiden nimmer tot concrete vervolging (justitie zou dan justitie vervolgen), maar met een paar honderd concrete aangiften per jaar zal men toch zich gaan beraden over de oorzaken daarvan. Licht vooral ook de Nationale Ombudsman in en vraag ook deze de kwestie te onderzoeken. Houdt het in alle correspondentie zakelijk. Vermeldt de feiten en vermijdt emoties, hoezeer alles je in feite ook naar de strot grijpt. Ben je te geëmotioneerd, zoek dan een coach die je bij staat: iedereen heeft wel een zakelijk ingesteld familielid of kennis die samen met jou je klachten en aangiften kuist van het leed dat je ervaart. De stelregel is namelijk: hoe feitelijker en zakelijker je opereert, des te succesvoller je zult zijn.
De kinderrechter
Volgens de opvatting van de meeste kinderrechters is het niet in het belang van het kind indien diens moeder in een situatie verkeert die zij niet in het belang van haar kind acht. Bij de kinderrechter wordt de Pinokkio Factor tijdens de zitting en en de daaruit voortvloeiende beschikkingen daarom alleen nog maar hoger. Bij het begin van de zitting is het al meteen raak: “Nou meneer, u hebt gelezen wat de conclusies van het raadsrapport zijn: wat vindt u daarvan? Wat vader er van vindt, staat vervolgens niet in de processen verbaal die van de zitting worden gemaakt. Die verslagen zijn namelijk zodanig geschreven dat de motivatie voor het vonnis er in teruggelezen kan worden, onder weglating of verdraaiing van wat wel is gezegd, maar wat de rechter niet van pas kwam. Wij hebben meegemaakt dat een rechter tijdens een zitting tegen moeder zei dat zij haar eigen glazen ingooide, waarna in het proces verbaal van zitting die rechter dat tegen vader zei. Het vonnis was er dan ook naar.
Kinderrechters verhogen de Pinokkio Factor vaak ook door oorzaak en gevolg om te keren. Als moeder eerst met de kinderen uit het ouderlijk huis is vertrokken en vader heeft haar daarna een boze brief hierover geschreven, dan is het voor de kinderrechter geen wonder dat moeder na de ontvangst van die boze brief met de kinderen is vertrokken…. “Meneer, u verwacht toch niet dat zij na zo’n brief gewoon thuis blijft….” Desnoods antidateert de rechter in de beschrijving van “de feiten” in het vonnis de datum waarop moeder vertrokken is, om de verwisseling van oorzaak en gevolg in stand te kunnen houden. Vader mag daarna in hoger beroep maar zien hoe hij dit “misverstand” recht zet. Intussen ziet hij dan alweer ruim een jaar zijn kinderen niet en mag hij opnieuw vijftienduizend euro aan zijn advocaat overmaken.
Kinderrechters zijn opvallend vaak doof aan één oor, terwijl hun andere oor over uitzonderlijke kwaliteiten beschikt. Moeder hoeft maar iets snikkend te stamelen en de kinderrechter geeft in welgekozen woorden weer wat hier aan relevants naar voren zou zijn gebracht. Zodra vader zich meldt, worden zijn woorden onmiddellijk verkeerd uitgelegd. Vader: “ik merk aan mijn kinderen dat zij het bij moeder niet goed hebben, want…” Kinderrechter, vader afkappend: “u prent ze dus in dat het fout met hen gaat. Denkt u dat u daarmee de kinderen enige dienst bewijst?”
Het terugdringen van de Pinokkio Factor
Zodra het tussen je ex-partner en jou fout gaat, doe je er wijs aan je van aanvang af op te stellen alsof je in een glazen huis woont. Schrijf haar niet meer dan nodig is, en al zeker geen emotionele brieven. Houd het kort en zakelijk. Als het met twee zinnen kan, schrijf er dan geen drie.
Loop ook niet in de val die veel advocaten van moeders in petto hebben: Zij adviseren moeder vaak om jou gewoon een paar klappen te verkopen als je bij haar aan de deur komt. Als je je verweert doet moeder vervolgens aangifte van mishandeling door jou. Als je niet terug slaat en zelf aangifte doet, dan zegt moeder dat zij zichzelf verdedigde toen jij begon te slaan. En als je helemaal niets doet, dus niet terug slaat en ook geen aangifte doet, dan zal de advocate van moeder aan de raad en tijdens de volgende zitting in geuren en kleuren een verhaal met een duizelingwekkende Pinokkiofactor over dit incident ten berde brengen. Het beste wat je dus kunt doen is helemaal bij je ex uit de buurt blijven en je nimmer in situaties te begeven die enige verdenking op je zouden kunnen laden, hoe onterecht die verdenking ook zou zijn.
Zodra de raad voor de kinderbescherming (of een extern bureau als FORA) er aan te pas komt, is het zaak om vanaf de allereerste dag alle minieme groeistuipjes van de Pinokkiofactor meteen de kop in te drukken. Zegt een raadsmedewerker tijdens een telefoontje iets tegen je dat niet klopt? Stuur dezelfde dag nog een brief of fax aan de directie en meldt de correcte feiten kort en zakelijk. Doet een raadsmedewerker een kwalijke suggestie in jouw richting? Zet direct kort en bondig een klacht op papier en zendt deze aan de directeur. Komt een raadsmedewerker gemaakte afspraken niet na? Idem dito. Behandelt de directeur je klachten niet volgens de procedure? Klaag direct over hem, bij de externe klachtencommissie. Houdt een psycholoog een flut-onderzoekje dat nergens naar lijkt, maar dat wel verstrekkende conclusies bevat? Beschrijf de gang van zaken dan zo helder en duidelijk mogelijk en dien deze als klacht in bij het NIP.
Wees niet bang dat men een hekel aan je zal krijgen: men had namelijk al een grondige afkeer van ouders van het manlijk geslacht, dus het enige dat te verdienen valt is respect voor vasthoudendheid. Rechter en raad dienen van aanvang af te beseffen: hier is sprake van een vader die net zolang doorgaat tot hij weer een normale relatie met zijn eigen kind(eren) terug heeft. Dat je intussen vanwege je vasthoudendheid als querulant te boek staat, neem je maar op de koop toe: de aanhouder wint.
De persoon die het moeilijkst is te bestrijden is de kinderrechter. Een vonnis is een vonnis, ook al heet het eufemistisch een “beschikking”. Op welke valse en onterechte gronden dat vonnis ook tot stand is gekomen, zodra het er ligt kan alleen een hoger beroep uitkomst bieden. Vele kinderrechters maken er werkelijk een potje van. Aarzel dan niet om in hoger beroep te gaan, omdat de ervaring leert dat bij de Meervoudige Kamer men in elk geval veel beter oplet. Dat hoger beroep biedt je ook de tijd en de mogelijkheid om een raadsadvies als ondeugdelijk van tafel te krijgen. Het Hof staat dan met lege handen en de wet schrijft voor dat de omgang dan alsnog dient te worden hersteld. In heel veel gevallen gebeurt dat dan uiteindelijk ook, dankzij jouw vasthoudendheid.
Maak iedere rechter duidelijk dat je bereid bent desnoods door te gaan tot aan het Europees Hof voor de Rechten van de Mens en leg onderwijl op voorhand je schadeclaims en die namens je kind(eren) neer bij de landsadvocaat: het is de enige manier om de rechter te dwingen jou als ouder van het manlijk geslacht samen met je kinderen in rechte volstrekt serieus te nemen.
Dat die rechters jou tijdens de zitting als hondsvot behandelen, juist omdat je deze opstelling kiest, kun je van je koude kleren laten afglijden. Het enige dat telt is namelijk het resultaat en dat staat vermeld in de eindbeschikking. Menig hof wijst tandenknarsend met grote tegenzin family life toe omdat men juridisch er niet meer onderuit komt. Je zit namelijk nog maar één stap voor de Hoge Raad en het Europees Hof, dus men kan niet langer meer sjoemelen. Geen enkel Gerechtshof solliciteert naar een arrest van het Europees Hof waarin men stevig op de vingers wordt getikt.
Als jij en je kind(eren) elkaar na een onaangename zitting bij het Gerechthof toch maar weer terug hebben is dat het enige dat telt. Dat het Hof de invulling van family life beperkt tot maar tien uren per maand is wrang en wreed, maar het zijn wel tien uren, terwijl het er nul waren! Maak daar dus wat van en dien vervolgens, als het een jaar lang goed is verlopen, een verzoek tot herziening in om er twintig of dertig van te maken. Of dat lukt of niet, het belangrijkste is dat je kind niet langer van je verstoten bleef en weer twee ouders van vlees en bloed terug heeft. En daar ging het allemaal om.
Dat moeder, raad en rechter zo lange tijd moedwillig hebben gepoogd om met een zo hoog mogelijke Pinokkio Factor jullie dat geluk te ontnemen, is verbijsterend en zal binnen enkele decennia als misdadig worden beschouwd. Jouw strijd voor dat mensenrecht, hier en nu, zal aan dat nog te vormen inzicht in onze maatschappij bijdragen. Ook al ben je nu menigmaal de rechtszaal uitgehoond, feitelijk heb je door je vasthoudendheid bijgedragen aan de humanisering van onze samenleving. Daar zul je geen lintje voor ontvangen, maar je mag er wel trots op zijn.
P.M.Legêne
2002
Maarten Legêne is bestuurslid van de Stichting SOS Papa |